30 juni, Den Haag – Bij het Centraal Station begint onze trainingswandeling in de aanloop naar onze vijfde VierDaagse. Geplande afstand: ruim 32 km. Zin in!
De eerste kilometers voeren door het Haagse Bos. We naderen het optrekje van Alexander en Maxima als we worden ‘overvallen’ door een journaliste van Trouw. Zij duikt op vanaf een zijpad, gewapend met open glimlach en een OV fiets. Aha, zij komt dus ook van het station.
Of zij iets mag vragen? Kost een paar minuten, hooguit…
Ik herken haar open benadering. Voor mijn werk benader ik soms ook nietsvermoedende mensen voor een interview. We zijn een soort collega’s, maar daar val ik haar niet mee lastig. Dus ja, vraag maar.
Of wij hier toevallig zijn vanwege de Keti Koti herdenking? Nou, nee, we trainen voor de komende VierDaagse.
Of wij wel bekend zijn met Keti Koti? Ja, dat wel. Het is veel aanwezig in de media.
Of wij vinden dat de koning zijn persoonlijke excuses moet maken tijdens zijn toespraak?
Nou, moeten? Maar als het oprecht is, betekent het wel wat. Zeker voor mensen die erkenning zoeken voor hun geschiedenis (en de onze trouwens).
En wat vinden jullie ….
Intussen is ons gesprekje steeds minder een interview. Ik kan het niet laten om de diepte in te gaan. Dieper dan de bedoeling is bij zo’n korte opinie-peiling op straat. Of in het bos. Ik schiet alle kanten op, een ongeleide brainstorm.
Ik vraag me hardop af of slavernij wel echt is afgeschaft, is uitgebannen? Of is dat oerconcept van uitbuiting, ongelijkheid, vrijheidsbeperking, machtsmisbruik nog altijd van toepassing? Lijkt er wel op. Maar nu gebeurt het in moderne jasjes, met digitale gadgets en andere benamingen: flits-economie, marktwerking, kapitalisme, consumentisme, a-socialisme. Met als alarmbellen: (te) lage lonen en uitkeringen aan de onderkant, te hoge beloningen aan de smalle top. En wij? Wij zweven redelijk comfortabel in het middenveld. Want, disclaimer, het leven is niet altijd eerlijk, maar loopt zoals het loopt. Trouwens …
Zo verandert een Keti Koti interview in het Haagse Bos in een filosofische monoloog.
En ik weet niet of mijn collega van Trouw het allemaal kan bijpoten met haar hand-geschreven notities in een krap notitieblokje. Maar ook dat herken ik, als collega: je noteert wat kernwoorden, enkele quotes, en bakt het op eigen gevoel af. Dat gaat meestal prima. Ben benieuwd (*)
Verder wandelend klets ik met mijn partner verder door over Keti Koti. Ik kende de term wel, maar – oprechte schaamte – ik dacht eigenlijk dat het een exotisch gerecht was. Een specialiteit uit de Surinaamse keuken, zoals Roti met kip. Niet dus.
Bij Keti Koti gaat het niet om een gerecht, maar om gerechtigheid. En terecht.
Onze wandeltraining verloopt soepel, blaarvrij en op redelijk tempo (voor onze leeftijd). We komen langs diverse voor ons historische plekjes op Scheveningen. Zoals de Watertoren, de Pier, het Kurhaus, Madurodam. En in het Westbroekpark doen we een rondje Rosarium, waar een internationale RozenExpo in bloei staat.
Na 27 km houden we de laatste pitstop, even rust op een monumentaal bankje bij het Vredespaleis. Dit kan geen toeval zijn: op de rugleuning van het bankje staat: Law. Not War. Er is nog ruimte genoeg voor twee extra woorden:
‘Keti Koti’ bijvoorbeeld…
(*)
Ons interview heeft de krant gehaald. Trouw, 1 juli, pagina 7.
De journaliste blijkt een kundige collega. Zij maakte ook de foto.